Mijn persoonlijke visie is dat ieder mens kan en mag meedoen aan de maatschappij. Daarbij moet er toegang zijn tot (gezondheids-)zorg en (preventieve) ondersteuning. Ik heb de persoonlijke doelstelling om vanuit mijn jarenlange ervaring vanuit diverse rollen in het werkveld, een bijdrage te leveren aan het oplossen van de vraagstukken en/of het verbeteren van de situatie in het sociaal domein op het gebied van sport, gezondheid en jeugd.
Mijn intrinsieke motivatie vind ik terug in een bepaalde vorm iets terug doen voor de maatschappij. Ik doe dit graag op het gebied van gezondheid en sport. Daarnaast heb ik een voorkeur voor de doelgroep jeugd en jongeren. Naar mijn mening is deze doelgroep meer 'vormbaar' en vertegenwoordigen ze straks onze toekomst.

In 2009 ben ik afgestudeerd aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen bij de opleiding Sport, Gezondheid en Management (SGM). Ik had het voorrecht om tijdens deze studie ook de mogelijkheid om gebruik te maken van een duale opleidingsstructuur. Tegelijkertijd met de opleiding SGM volgde ik een studie aan het CIOS (Centraal Instituut Opleiders Sport). Door deze achtergrond ben ik in staat gesteld om 'de kloof' tussen de uitvoerende werklagen en het management met elkaar te verbinden.
Na mijn studie deed ik werkervaring op binnen de geestelijke gezondheidszorg. Ik begon met het verzorgen van sportaanbod binnen een kliniek voor verslaafde jongeren en implementeerde sport en beweging als een vast onderdeel binnen het behandelaanbod. Sport en beweging was niet meer het doel maar, werd ingezet als een preventief middel.
Binnen de verslavingszorg heb ik mijzelf doorontwikkeld als sociotherapeut op een behandelafdeling. Als sociotherapeut ben je een onmisbare schakel in de behandelfase. Je zorgt ervoor dat er een zo goed mogelijk behandelklimaat ontstaat en helpt groepen of individuen met het behalen van persoonlijke doelen en het stoppen van middelengebruik. Een belangrijk element was het werken in het teamverband en zelforganisatie. Er was relatief weinig ondersteuning om dit goed vorm te geven. Met enige regelmaat zorgde dit ervoor dat het minder soepel liep in de organisatie wat vervolgens een negatieve uitwerking had op de behandeling van de doelgroep. Dit frustreerde mij en in 2014 werd ik aangesteld als eerst inhoudelijke sociotherapeut. In deze functie werd ik instaat gesteld om de organisatievorm (zelfsturing) en de uitvoering dichter bij elkaar te brengen. Ik kon mijn managementvaardigheden en de uitvoering aan elkaar gaan verbinden. In 2015 vond de transitie jeugdzorg plaats. In de nieuwe jeugdwet werd o.a. de verantwoordelijkheid voor behandeling van verslaafde jongeren onder de 18 jaar van het rijk naar de gemeente belegd. Dit had ook een grote invloed op de financiering van de zorg en vervolgens op de bedrijfsprocessen in de organisatie waar ik werkzaam voor was. Dit resulteerde in 2016 tot een reorganisatie waarbij er een bezuinig plaatsvond op alle tussenlagen (ook de eerst inhoudelijke sociotherapeut functie). Begin 2017 was ik boventallig en kon ik opzoek naar ander werk.
Ik gebruikte de periode na mijn werk o.a. als bezinningsperiode: 'ga ik werken met een materialistisch product of met mensen?'
Mijn innerlijke drive bleef onveranderd en ik was nog steeds van plan mijzelf in te zetten voor jeugd en de maatschappij. Tegelijkertijd werd ik benaderd of ik wilde gaan werken in de welzijnssector in de functie van jongerenwerker, specifiek in het vormgeven van het jongerenwerk in een nieuw gecontracteerde gemeente. Eind 2017 ging ik van start. Naast de functie van jongerenwerker zette ik mijzelf ook nog in als buurtsportcoach voor de 12+ leeftijd. Hierbij ging de aandacht uit naar thema's als jongeren op gezond gewicht, sportparticipatie, gezondheidsbevordering tijdens pauze op het voortgezet onderwijs. In deze functies kon ik in de uitvoerende werkzaamheden nog steeds van groot belang zijn voor jongeren en de maatschappij. Het opzetten van het jongerenwerk in een nieuwe gemeente was 1 grote vorm van projectmanagement waarbij mijn managementvaardigheden, politieke sensitiviteit en innovatieve vaardigheden kon toepassen. De opdracht bestond in eerste instantie vooral in het ambulant werken op straat. Door te signaleren en betrokken te zijn bij de burger zag ik dat er onvoldoende laagdrempelige voorzieningen waren met een preventief karakter. Bijvoorbeeld gericht op: schooluitval, middelengebruik, criminaliteit en zinvolle vrijetijdsbesteding/talentontwikkeling. Door deze thema's te agenderen werd ik betrokken door beleidsmedewerkers en wethouders om mee te denken en informatie te voorzien voor nieuwe preventieve projecten. Dit resulteerde in vormgeven en het draaien van projecten als: accommodatie gericht jongerenwerk, coaching, jongerenwerk op het voortgezet onderwijs, jongerenparticipatie en actieve deelname in preventieprogramma's als het regionaal preventie-akkoord.
Kwaliteitsbeleid is iets wat ik erg belangrijk vind. Een uitspraak die ik dan ook met regelmaat maak is: 'doen we het goede goed?'
Deze uitspraak geeft op een kritische manier ruimte tot reflectie. Wat is het goede? en hoe doen we dat dan? etc. Gedurende mijn carrière heb ik mijzelf dan ook op diverse manieren ingezet voor kwaliteitsbewaking. Zo heb ik methodieken als het kwaliteitskompas geïmplementeerd als verantwoordingsinstrument en ben ik betrokken geweest als auditor voor het kwaliteitslabel sociaal werk Nederland.
Vanuit mijn netwerk werd ik steeds vaker gevraagd om opdrachten op het gebied van advies en preventie naast mijn reguliere baan uit te voeren. Mijn werk bestond inmiddels al 12 jaar uit onregelmatige diensten. Dit was in combinatie met een jong gezin niet altijd even prettig. De combinatie zorgde ervoor dat ik steeds meer regie wilde hebben over mijn eigen werk. Ook ontstond er steeds meer een ondernemende drang bij mij om al mijn ervaring in te zetten binnen het zelfstandig ondernemerschap. Zo ontstond in 2020 SPAU.
Naast SPAU ben ik ook betrokken bij Jeugdzorg op Orde.
SPAU werd in haar beginfase benaderd voor een opdracht om inhoudelijk mee te denken met het op opzetten van een nieuwe organisatie. Deze organisatie zal zich gaan richten op het verkrijgen van grip op de jeugdzorg(kosten) voor gemeenten. Dit paste precies bij mijn intrinsieke motivatie en andere drijfveren. Uiteindelijk ben ik ingestapt in de organisatie en co-founder geworden van Jeugdzorg op Orde.
Vincent Steur, eigenaar SPAU